interview peter van der loo : aan de slag met dromen en idealen

Peter van der Loo schreef samen met Marike Kuperus, Inge Poorthuis en Wijnperle het boek Routeplanner voor Verenigen. Morgen verschijnt een nieuwe, bijgewerkte editie. In aanloop van de lancering van de nieuwe Routeplanner voor Verenigen interviewen we alle auteurs. Dit keer gaan wij in gesprek met Peter van der Loo. Peter combineert het directeurschap van een vereniging, NVP, met advieswerk voor verenigingen. Verenigingen weten meestal wel waar ze voor zijn, maar hun aanpak veranderen is best lastig.

Van oorsprong jurist, kwam Peter van der Loo via de sport in de verenigingswereld terecht. “Het begon met voetballen, dat deed ik als 7-jarig overal en altijd, maar ook in een club, en later ben ik door het beachvolleybal, dat begon toen in Nederland, via het voorzitterschap van mijn lokale club terecht gekomen in het bestuur van de volleybalbond en vervolgens directeur geworden. Dat was op mijn 34ste behalve een bijzondere overstap, ook mijn eerste baan als verenigingsmanager. Later ben ik directeur geworden van Zorgbelang Nederland en nu dus van de Nederlandse Vereniging voor Pleeggezinnen (NVP) in combinatie met advieswerk bij Kuperus & Co.

Wat bijzonder is aan de NVP als vereniging is dat we werken met een Raad van Toezichtmodel. Dat is zo gekozen omdat onze inkomsten voor een overgroot deel bestaan uit projectfinanciering en subsidies. Maar de RvT bestaat bij ons wel weer voor een groot deel uit pleegouders. Pleegouders hebben heel veel verschillende competenties en vaardigheden. Maar ook al heb je veel ervaring als bestuurder in een andere rol, dan weet je nog niet meteen hoe een vereniging werkt. Precies één van de redenen voor deze vernieuwde uitgave van het boek Routeplanner voor Verenigen.”

Passie voor beter

“Mijn passie voor verenigen komt deels voort uit persoonlijke betrokkenheid. Ik ben bij de NeVoBo terecht gekomen door mijn passie voor volleybal. We zijn zelf een pleeggezin, ook de NVP ligt mij na aan het hart. En er zit toch ook wel een beetje een drive in mij om de wereld beter te maken, om nuttige dingen beter te maken: de positie van patiënten te verbeteren, zorg, jeugdzorg, de positie van pleeggezinnen. Hoe zou je dat beter kunnen inrichten, effectiever kunnen maken, met hart voor de mensen om wie het gaat. En dat vind ik de kracht van verenigingen, daar komen deze mensen samen. Elke vereniging heeft een verbindende rol in de samenleving, dat vind ik het leuke eraan.”

Fingerspitzengefühl

Hoe maak je een vereniging beter? Welke vragen moet je als bestuur aan jezelf stellen om de vereniging te verbeteren?
“Wat elke vereniging en verenigingsbestuurder steeds weer doet, of moet doen, is de vraag stellen: wat zijn de uitdagingen, de vragen van mijn achterban, de mensen die wij verenigen? Daar zul je een diep gevoel voor moeten ontwikkelen. Tegelijk moet je kunnen abstraheren van de zaken waar zij van dag tot dag in zitten en kunnen kijken naar de ontwikkelingen in de buitenwereld die voor hen van belang zijn. Waar het om gaat is daar goede combinaties in vinden, of je nou ondernemers, sporters of patiënten als leden hebt.”

Dat betekent dat je je soms laat leiden door je achterban en soms zelf de voortrekkersrol neemt. Hoe weeg je dat af, wanneer kies je wat? Van der Loo: “Klopt, dat is een gevoel dat je ontwikkelt, een Fingerspitzengefühl. Wanneer moet je meer het accent leggen op het ondersteunen van de leden in hun operatie en wanneer kijk je naar de implicaties van grote en kleine ontwikkelingen voor leden en vergt dat optreden als vereniging. In de Coronatijd kon je mooie voorbeelden zien, bijvoorbeeld bij de ANKO, de branchevereniging voor kappers.”

Onderhandelen

Soms moet je leden meenemen op een weg die ze niet meteen als dé route zien. Hoe doe je dat dan? “Een heldere visie is gemakkelijker te verkopen. En je zult vaak intern of extern moeten kunnen samenwerken. Als je daarbij niet alleen een focus hebt op je eigen belang maar je ook bewust bent van de ander, ben je effectiever. Het negeren van het belang van de ander brengt je niet dichter bij een resultaat. En ook een gezamenlijk gedeeld ‘hoger’ doel is niet genoeg voor een effectieve samenwerking. Je kunt het op dat niveau heel erg eens zijn, maar tussen ‘dromen en idealen staan wetten en praktische bezwaren’, je moet oog hebben voor de concrete belangen van beide partijen.”

Bijdrage aan Routeplanner

Als maat bij Kuperus & Co heb je meegewerkt aan het boek Routeplanner voor verenigen. Wat is jouw bijdrage? “Ik heb me, ook door mijn juridische achtergrond, met name beziggehouden met de vragen rond governance en wetgeving, en vanuit mijn ervaring als directeur met de strategische vragen voor verenigingen. Mijn ervaring daarbij is dat verenigingen de vraag: Waartoe zijn wij op aarde? wel goed kunnen beantwoorden, maar de volgende vraag: Passen de dingen die wij daarvoor doen nog bij de tijd waar we nu in zitten? veel lastiger vinden. Of het nu gaat om belangenbehartiging, diensten en producten voor leden of het organiseren van ontmoeting, dit is regelmatig een moeilijke vraag voor verenigingen. Ik vind het leuk om hen daarbij te helpen en dat dan weer aan de hand van die twee vragen: de uitdagingen voor leden combineren met de ontwikkelingen om hen heen.”

Eigenaarschap

“Als adviseurs hebben we heel veel veranderingen bij verenigingen gezien. We weten dat eenzelfde oplossing op het ene moment wel werkt, op het andere niet, bij de ene vereniging wel en de andere niet. Wij kunnen hele mooie oplossingen bedenken, maar we gaan vroeger of later weer weg, dan moet de vereniging het zelf doen. Dus vanaf het eerste moment is het belangrijk dat de vereniging eigenaar blijft van het vraagstuk en van de oplossing en dus ook zelf aan de slag gaat. Wij helpen om de kennis en het inzicht – die er meestal al zijn - te structureren, we helpen om te experimenteren, maar de vereniging moet het zelf doen. En het hoort bij verenigingen dat je vaak echt je best moet doen voor veranderingen. Beslissen vraagt in een vereniging al meer aandacht – de mensen die beslissen zijn ingestapt om hoe het op dat moment was, niet om hoe het misschien kan worden – en daarna moet je het ook nog eens gaan uitwerken en waarmaken.”

Drie manieren

De Routeplanner voor Verenigingen is op drie manieren te gebruiken:

  1. Checklist- Loop je in een vereniging tegen vragen aan, dan kun je in de routeplanner handvatten vinden om je probleem aan te pakken.
  2. Inwerkboek- Voor mensen, professionals en bestuurders, die vanuit andere rollen in de vereniging komen, is het boek te gebruiken als naslagwerk. Het geeft je direct inzicht in wat er anders is aan een vereniging. Ook al kun je heel goed een bedrijf besturen, of een zorgorganisatie of ook al ben je een expert in je vak, het besturen van een vereniging vraagt andere dingen.
  3. Troost- Het boek kan een vorm van troost bieden, je bent niet alleen met je probleem. Ook al verschillen verenigingen ogenschijnlijk enorm van elkaar, in heel veel andere vereniging lopen mensen tegen hetzelfde vraagstuk aan. Er zijn dus ook altijd mensen die ervaring hebben in het oplossen van het vraagstuk. Hier speelt ook DNA een belangrijke rol. Het is fijn om te ontdekken dat je niet alleen bent en dat verenigingen, hoe verschillend ze ook zijn, verrassend veel raakvlakken hebben.

Heb je vragen over governance en wetgeving in een vereniging? Peter vertelt hier meer over in de nieuwe Routeplanner voor verenigen. Tot 4 juli kun je dit boek alvast reserveren door een mail te sturen naar info@wijzijndna.nl