Juridisch expert Joost Fanoy over de belangrijkste trends op het gebied van het mededingingsrecht, het toezicht en de wetgeving daar omheen.
Verenigingen zijn plekken waar ondernemers en beroepsbeoefenaren samenwerken en ook nieuwe vormen van samenwerking aangaan, of nieuwe doelen omarmen. Bij een kartelboete door de toezichthouder (Autoriteit Consument & Markt) zijn dan ook regelmatig verenigingen betrokken. Let er dus goed op of je hiermee te maken kunt krijgen. Het kan zelfs zo zijn dat je hier open en transparant opaan stuurt, als deel van je strategie om de sector meer toekomstbestendig te maken, zoals we in de praktijk zien.
Doelen botsen harder
Fanoy: ”Laat ik eerst toch nog even uitleggen hoe het toezicht werkt. De ACM, de toezichthouder, moet uiteraard de wet volgen. De toezichthouder moet letten op de economische kant van de markt en dat de spelregels daarbij worden nageleefd. Dat betekent dat sprake moet zijn van goede mededinging, waarbij prijsafspraken of het misbruik maken van een machtspositie niet zijn toegestaan, omdat die leiden tot hogere prijzen voor consumenten. Wat we nu vaker zien gebeuren is dat verschillende doelen harder botsen. De economische vrije markt als doel botst vaker met sociale doelen, of duurzaamheidsdoelen. Denk aan de ontwikkeling dat grote groepen zzp’ers onder het bestaansminimum worden betaald. Of denk aan duurzaamheidsdoelen, duurzaam produceren kan bijna nooit voor de laagste prijs. De wetgever kan dit oplossen door te regelen dat bepaalde afspraken toch zijn toegestaan, ook al gaan die de vrije marktwerking tegen. Dat geldt al heel lang voor bijvoorbeeld de cao’s. Onlangs is bepaald dat ook zzp’ers gezamenlijk mogen optrekken tegen bodemtarieven. We zien het ook in het wetsvoorstel voor een register voor duurzaamheidsinitiatieven. Juist daar waar samenwerkingen zijn toegestaan en dit soort afspraken gemaakt mogen worden, spelen verenigingen een belangrijke rol. De wetgever geeft meestal als voorwaarde mee dat er voldoende draagvlak moet zijn voor de afspraak. En die kar kunnen verenigingen bij uitstek trekken.”
Voorbeeld
“Een voorbeeld is het initiatief ‘de Kip van Morgen’. Dat was een initiatief uit de pluimveesector om duurzamer kippen te gaan houden. Maar het project houdt ook in dat er afspraken worden gemaakt tussen leveranciers van kippen en supermarkten om uitsluitend deze Kip van Morgen aan te bieden. Dat is uiteindelijk afgewezen door ACM op grond van economische rapporten waaruit bleek dat de consument de meerprijs niet wilde betalen. Uiteraard, kun je misschien zeggen. ACM heeft immers enkel of voornamelijk oog voor de economische gevolgen en niet of minder voor de duurzaamheidseffecten. In de ogen van de ACM kunnen dat soort effecten moeilijk een rol spelen bij hun beoordeling. Het blijft jammer en onnodig dat door het afwijzen van de Kip van Morgen de ACM een rem heeft gezet op dergelijke initiatieven. Indien het duurzaamheidsregister daadwerkelijk tot stand komt, zal het in ieder geval makkelijker worden om dergelijke initiatieven van de grond te krijgen omdat ze dan door de wetgever buiten het ACM-toezicht worden geplaatst. In dit voorbeeld zal het dan belangrijk zijn dat de verschillende stakeholders voldoende vertegenwoordigd zijn en voldoende draagvlak te hebben, dus zowel de pluimveesector, supermarkten, consumenten en mogelijk ook organisaties rond dierenwelzijn. Hier hebben juist de verenigingen een belangrijke rol, eerst om in de belangenbehartiging na te streven dat er nieuwe wetgeving komt, en vervolgens om draagvlak te organiseren voor het duurzame doel.”
Digitalisering en monopolies
Een andere ontwikkeling waar we mee te maken hebben, zijn de enorme monopolies die digitale platforms op kunnen bouwen. Hier kun je weer weinig aan doen, als vereniging en ook als toezichthouder. Pas als een partij echt een machtspositie heeft en pas als het platform misbruik maakt van die machtspositie, zie je boetes komen. Dat is wel pas achteraf en feitelijk is het leed al geleden. Alleen als er andere regels komen, zoals we ook kennen in bijvoorbeeld de telecom en in de zorg, kan een toezichthouder eerder ingrijpen en voorkomen dat de markt scheefgroeit.”
Joost Fanoy is advocaat bij BarentsKrans,en spreekt bij het juridisch netwerk op 16 januari over het mededingingsrecht en over de toepassing daarvan voor verenigingen